Energie
Hoe zit het met groene energie?
Groene energie is energie die we opwekken uit schone bronnen die onuitputtelijk zijn. Denk aan zonne-energie, windenergie en de energie die we opwekken uit waterkracht. Dat is duurzame energie. Deze bronnen zijn het grote verschil met grijze stroom die wordt opgewekt uit fossiele brandstoffen.
Belangrijk om te weten: om elektriciteit als groene stroom te mogen verkopen, moet een leverancier er GvO’s (Garantie van Oorsprong) voor hebben. Eén garantie verzekert dat er ergens in Europa duizend kWh uit een duurzame energiebron is opgewekt.
Niet alle groene stroom is wat je ervan verwacht. Als je groene stroom koopt, zou je denken dat je daarmee automatisch bijdraagt aan de productie van groene stroom in Nederland. Dit is niet altijd het geval. Soms heb je bijvoorbeeld te maken met grijze stroom die via een trucje als groene stroom verkocht mag worden. Zo kunnen bijvoorbeeld Nederlandse energiebedrijven met een kolencentrale bij een Noorse waterkrachtcentrale GvO’s kopen, om jouw stroom ‘groen’ te mogen noemen. Op papier krijg je daarmee stroom van een Noorse waterkrachtcentrale, terwijl een Noors huishouden op papier Nederlandse grijze stroom krijgt.
Je kunt daadwerkelijk bijdragen aan vergroening van de energieproductie door te kiezen voor groene stroom uit Nederlandse wind, zon of biomassa uit afvalstromen, of door groene stroom te kopen bij een bedrijf dat investeert in duurzame energieopwekking. In Nederland is de vraag naar groene stroom veel groter dan de productie.
Wil je meer weten hoe het zit met groene stroom? Milieu Centraal zet alles voor jou op een rij. Je vindt ook tips voor meer groene stroom.
Er bestaan ook nogal wat misverstanden over groene stroom. Bijvoorbeeld: groene stroom is goed, dus goed voor het milieu. Of: windmolens zijn onzinnig want als het niet waait moeten kolencentrales bijspringen. Leer hier meer over deze misverstanden.
Biomassa, wat is dat?
Hierboven staat het al een keer genoemd: biomassa. Dat is energie die wordt opgewekt door verbranding. Dit wordt ook wel bio-energie genoemd. Voor biomassa ook echt biomassa is, moet het eerst worden vergast of vergist tot biobrandstof. Organische materialen zijn de bron van biomassa. Zoals (snoei)houtafval afkomstig uit de bosbouw en houtverwerkende industrie en rioolslib uit waterzuiveringsinstallaties, tot gft uit huishoudens, plantaardige oliën en vetten uit de voedingsmiddelenindustrie, mest uit veebedrijven en speciaal voor bio-energie geteelde gewassen, zoals koolzaad en palmbomen.
Is biomassa groen en duurzaam? Daarover zijn de meningen heel erg verdeeld. Met de verbranding van de organische materialen wordt elektriciteit door biomassa opgewekt. Dit vermindert het gebruik van fossiele brandstoffen wat zorgt voor minder klimaatbelasting. Een ander voordeel van biomassa is dat het in tegenstelling tot kolen en aardgas niet opraakt. Biomassa-energie is daarom groen. De vraag is vooral: hoeveel biomassa kan duurzaam ingezet worden? Daarover verschillen de deskundigen van mening. Enerzijds omdat duurzaamheid en milieuvriendelijkheid lastig te meten zijn; anderzijds doordat er veel verschillende vormen van energie uit biomassa zijn, met specifieke effecten. Het debat draait vooral om de vraag voor welke toepassingen ze gebruikt moet worden. Er is namelijk lang niet genoeg biomassa voorhanden om alle fossiele brandstoffen te vervangen. Anders gezegd: welke vormen van energie uit biomassa zijn duurzaam en onder welke voorwaarden?
Meer lezen?
- artikel Milieu Centraal over biomassa als energiebron.
- een artikel uit het Algemeen Dagblad: Zonder biomassa veel meer wind- en zonne-energie nodig.
- artikel uit de NRC: Biomassa is splijtzwam, maar klimaatbeleid kan niet zonder.
Waterstof: de nieuwe groene belofte?
Waterstof is een onschadelijk, reukloos gas, dat je kunt omzetten naar elektriciteit zonder CO2-uitstoot. Want het is ‘gewoon gemaakt van water’. Water bestaat uit twee delen, waterstof en zuurstof die je door middel van elektrolyse kunt scheiden. Als je waterstof vervolgens weer in aanraking brengt met zuurstof, komt er heel veel energie vrij. Genoeg om een auto te laten rijden, een huis te verwarmen of een laptop op te laden. En dat allemaal zonder uitstoot, het enige restproduct is water. En wanneer je dus voor de elektrolyse alleen groene energie gebruikt, zoals wind- of zonne-energie, dan is waterstof CO2-neutraal. Dit wordt ook wel groene waterstof genoemd.
Groene belofte?
Waterstof wordt als schone, groene belofte gezien. Het kan dienen als brandstof en grondstof voor de toekomstige CO2-arme industrie en ook als opslag voor stroom, omdat de wind niet altijd waait en de zon niet altijd schijnt. Want het grote voordeel van waterstof is dat je het kunt opslaan. Dat is momenteel de grote uitdaging van zonne- en windenergie: eenmaal opgewekt, moet deze energie meteen worden gebruikt. Wil je deze energie toch opslaan, dan heb je daarvoor een dure accu nodig. We kunnen ook deze overtollige groene energie omzetten in waterstof. Dan kunnen we het later weer in aanraking brengen met zuurstof en zo energie opwekken wanneer we het nodig hebben.
Energieverlies
Dat klinkt heel mooi, maar er is wel een belangrijke kanttekening. Wanneer je elektriciteit gebruikt voor de elektrolyse van waterstof, dan heb je een rendement van 75 procent. Dat betekent dat 25 procent van de opgewekte energie verloren gaat om er waterstof van te maken. Het vervolgens terugzetten van waterstof naar energie geeft eenzelfde energieverlies. Dat is bijna de helft energieverlies.
We hebben in Nederland een heel pijpsysteem aangelegd voor het vervoer van gas. Dat systeem kunnen we goed gebruiken. Er zijn ideeën om waterstofgas te maken met behulp van windenergie en dit te vervoeren via ons aardgassysteem. Dit kan dan ook worden gebruikt in de chemische industrie en voor het maken van staal. Dat kan fors bijdragen aan het behalen van onze klimaatdoelstellingen. Sommige mensen zien waterstof dan ook als de sleutel naar de energietransitie.
Projecten
In Nederland lopen op dit moment circa honderd verschillende onderzoeksprojecten met waterstof. Van woningen die ermee verwarmd worden, tot auto’s die erop rijden, projecten in de elektriciteitssector, chemie en industrie. Veel waterstof zal in de toekomst worden vervoerd in de Rotterdamse haven.
Het is voor het eerst dat in kaart is gebracht op hoeveel waterstof Nederland in de toekomst kan rekenen en hoeveel er uit het buitenland zal moeten komen. Om voldoende waterstof in Nederland te kunnen opwekken, moeten er tenminste tien nieuwe windparken op de Noordzee bijkomen. Daarnaast zal Nederland ook veel waterstof moeten importeren. Dat staat in een recent verschenen rapport over de toekomstige energievoorziening van DRIFT, transitieonderzoeksinstituut aan de Erasmus Universiteit, in opdracht van de haven in Rotterdam. We moeten oppassen dat we ons niet rijk rekenen, waarschuwen de onderzoekers. We kunnen hooguit een derde zelf opwekken en de rest zullen we uit het buitenland moeten halen. Met als gevolg: meer afhankelijkheid.
Sommige mensen zijn enthousiast over de verschillende mogelijkheden van waterstof: ze willen bijvoorbeeld in oude woonwijken waar geen warmtenet komt, waterstof gebruiken. Anderen daarentegen zeggen dat waterstof belangrijk wordt, maar op grote schaal pas na 2030. We moeten het immers eerst nog met fossiele bronnen maken, dus het zal ook niet direct tot CO2-reductie leiden.